“Heer Jezus Christus, Zoon van God, ontferm U over mij, zondaar.”
Met deze eenvoudige roep leert de orthodoxe traditie ons bidden “zonder ophouden”. In dit boek legt Archimandriet Adriaan helder uit wat het Jezusgebed wel en niet is: geen oosterse meditatietechniek, geen truc om mystieke ervaringen op te wekken, maar een nuchtere, liefdevolle toewending tot Christus.
De auteur bespreekt de Bijbelse wortels (de blinde van Jericho, de tollenaar), het Thabor-licht, de kracht van de Naam, en het verschil tussen hesychastische weg en de gewone christenweg. Hij geeft concrete raad voor het begin: langzaam bidden, zonder haast of kunstgrepen, de woorden wegen, kleine pauzes, trouw in het kleine — tot het gebed “zichzelf” gaat bidden. Rijk gelardeerd met stemmen uit de Philokalia biedt het boek tegelijk correctie en bemoediging: God geeft de vrucht op Zijn tijd.
Voor iedereen die Christus wil gedenken te midden van werk, zorg en drukte — en het gewone leven wil doordrenken met het gebed van het hart.